Ga naar de hoofdcontent

Aak of 'elegante muziek' was oorspronkelijk de aanduiding voor rituele hofmuziek van Chinese afkomst. Aak wordt ook gebruikt als algemene aanduiding voor Koreaanse hofmuziek. Deze term werd langzaamaan beperkt tot de rituele muziek op Confuciaanse basis, toen andere hofvormen verdwenen. De traditie van Confuciaanse muziek blijft in het huidige Korea gehandhaafd: twee keer per jaar, in de lente en in de herfst, vindt er bij het Confuciaanse heiligdom (munmyo) op de campus van de Confuciaanse Universiteit in Seoul een ritueel met bijbehorende muziek plaats. Sinds 1116, toen de Chinese keizer Hui Tsung rituele hofmuziek en bijbehorende instrumenten aan het hof van Koryo schonk, ontwikkelde zich in Korea een traditie van Confuciaanse rituele muziek, die vooral door de inspanningen van koning Sejong in de 15e eeuw tot grote bloei kwam. Vanaf de 16e eeuw raakte aak echter in diskrediet, mede door invasies vanuit Japan en Manchurije in Korea. In 1910, tijdens de annexatie van Korea door Japan, werd de uitvoering van aak zelfs verboden. Daarmee was deze rituele muziek bijna uit Korea verdwenen, en slechts door de inspanningen van de leden van het Nationale Instituut voor Klassieke Muziek bleef deze muziek behouden.


Het programma met hofmuziek uit Korea zal bestaan uit de volgende programmaonderdelen: Confuciaanse rituele muziek, hof-orkestmuziek, kamermuziek en klassieke lyrische liederen.

Credits

uitvoering Ensemble Nationaal Klassiek Muziek Instituut Seoul