Ga naar de hoofdcontent

Interview met Hani Mojtahedy, Andi Toma, Golfam Khayam en Nader Adabnejad

Interview met Golfam Khayam, Hani Mojtahedy, Andi Toma en Nader Adabnejad door René van Peer, mei 2025

Vanuit Iraaks-Koerdistan liet de Koerdische zangeres Hani Mojtahedy haar stem schallen in een kloof die de grens met Iran vormt. Ze ontving echo's van de andere kant. Als zangeres is ze niet welkom in haar Iraanse moederland, maar haar kreten kwamen het land binnen en keerden bij haar terug. Het waren 'verboden echo's', 'forbidden echoes'. Het is de titel van een compositie waarvoor die gebeurtenis en de opnames die Andi Toma ervan maakte, het uitgangspunt vormden. Diezelfde titel heeft ook het programma in het Holland Festival waarin ze het stuk met Toma en het Koninklijk Concertgebouworkest uitvoert. Dit programma bevat verder werken van Golfam Khayam en Nader Adabnejad, twee andere Iraanse componisten die moeite hebben om hun muziek gehoord te krijgen. 

 

Forbidden Echoes

Hani Mojtahedy, Andi Toma, Golfam Khayam, Nader Adabnejad, Koninklijk Concertgebouworkest
27 - 28 juni 2025
Muziekgebouw
 

'Het is muziek van een diep verlangen', zegt Hani Mojtahedy over Forbidden Echoes, met Andi Toma naast haar. 'Het is verbonden met mijn levensverhaal, dat ik al lang een artistieke vorm wilde geven. Ik kan al 22 jaar niet naar Iran reizen. Ik kan mijn familie niet bezoeken. Ik kon zelfs de begrafenis van mijn moeder in 2009 niet bijwonen. Dat maakte me woest. Zodra ik naar Iraaks Koerdistan kon reizen, ging ik naar een van de kloven aan de grens met Iran en zat daar te huilen. De echo's, de bergen, en de hele kloof huilden met me mee. Later, toen de pandemie vijf jaar geleden toesloeg, werd de afstand tot mijn familie nog groter. Ik moest opnieuw naar die grens tussen Irak en Iran gaan om mijn pijn over dat gemis te uiten. Ik ging erheen met Andi. Mijn emoties barstten uit me los als een vulkaan. Ik huilde en schreeuwde. Hij nam mijn stem op in die natuurlijke omgeving.'

 

'Ons idee was om het met meerdere microfoons op te nemen en op die manier een klankbeeld van de omgeving te creëren', voegt Toma toe. 'We gingen naar deze kloof en naar een waterval, en ik nam Hani op. De manier waarop ze haar pijn uitdrukte, en hoe die van de andere kant terugkaatste, was gewoonweg ongelooflijk. We waren erheen gegaan zonder een vooropgezet plan om er muziek van te maken, maar toen we terugkwamen in Berlijn begonnen we de opnames tot een compositie te verwerken. Andre de Ridder hoorde het en stelde voor om het stuk in Freiburg uit te voeren. Ian Anderson verzorgde de arrangementen. We gebruikten elektronisch bewerkte fragmenten van Hani’s stem met het ruisen van de waterval. Ik transcribeerde de melodieën die ze in de kloof zong voor instrumenten.'

 

De twee delen van Forbidden Echoes zijn vernoemd naar de locaties waar Mojtahedy en Toma hun opnames maakten. Ze heeft de melodieën die ze zingt gekoppeld aan teksten vol verlangen van Koerdische auteurs. Ze schrijven over verloren geluk, over plaatsen die ze niet kunnen bereiken; woorden die haar gevoelens van verdriet weerspiegelen en uitdrukken. 

 

Overal verboden echo's

De twee stukken worden afgewisseld met delen uit Golfam Khayams Concerto voor altviool, santur en ensemble. Geboren en getogen in Teheran, waar ze nog steeds woont, studeerde Khayam in Europa en de Verenigde Staten. Van tijd tot tijd bezoekt ze nog steeds Europese landen. Khayam is getroffen door de ironie van de titel van het programma. Toen ze onlangs een uitvoering van een van haar composities door het London Symphony Orchestra wilde bijwonen, weigerde het Britse ministerie van Binnenlandse Zaken haar een visum. 'Niet alleen in mijn eigen land heb ik te maken met beperkingen, je komt ze ook tegen in de internationale gemeenschap', zegt ze met een wrange glimlach. 'Je vindt overal verboden echo's.'

 

Haar compositie plaatst de santur (een oud Perzisch instrument met horizontale snaren die met lichte stokken worden bespeeld) tegenover de altviool. 'De santur kan vanwege zijn stemming maar in één toonsoort spelen. Dat was een beetje een probleem, omdat ik het eerste deel een sonatevorm wilde geven, wat normaal gesproken een verandering van tonaliteit vereist. Ik heb dat opgelost door het een spiegelvorm te geven, de muziek keert geleidelijk terug naar het oorspronkelijke materiaal. Het tweede deel is gebaseerd op javab avaz, een Perzische improvisatiestijl waarbij muzikanten elkaar imiteren en daarbij variaties aanbrengen. De een begint al te reageren voordat de ander zijn eigen melodie afgerond heeft. Het derde deel is gebaseerd op een energieke Balochi-dans. De dansen en de muziek van de Balochi's zijn niet noodzakelijkerwijs vrolijk. Ze spelen een belangrijke rol in hun veerkracht in barre omstandigheden. In zekere zin is dat ook een verboden echo, die een streven naar het licht uitdrukt.'

 

De behoefte aan veerkracht is ook persoonlijk, voegt ze eraan toe. 'Toen mijn kinderen nog heel jong waren, heb ik veel slapeloze nachten gehad. Omdat het moeilijk was om energie te vinden, heb ik erover geacht om te stoppen met componeren, maar ik bleef mezelf voorhouden dat ik door moest gaan. Ik herhaalde dat steeds, als een harteklop. Die puls is in het eerste deel te horen in de santur. Het concert is dus een metafoor voor veerkracht, voor weerstand, wat ook tot uitdrukking komt in een gedicht van Ahmad Shamlou: We hebben eenzaamheid en stilte doorstaan, en [onze harten] kloppen nog steeds in de diepten van de as…'

 

Towards Affinity

Het concert opent met Nader Adabnejads Towards Affinity. 'Ik heb altijd vrienden uit verschillende landen gehad’, vertelt hij over zijn inspiratie voor dit stuk. ‘Wat ik zo mooi vind aan deze vriendschappen, is dat onze ideeën heel verschillend kunnen zijn. We kunnen het over dingen oneens zijn, maar we zijn nog steeds vrienden. Ik herinnerde me een gedicht dat een van deze vrienden, Naeem Salehi, daarover had geschreven. De vorm van dat gedicht, heb ik als basisstructuur voor de muziek toegepast.'

 

In Towards Affinity gebruikt Adabnejad vaak licht suizende klanken, niet alleen van de ney (een aan het uiteinde aangeblazen fluit waarin de adem van de speler te horen is), maar ook van andere, westerse instrumenten. 'In de Perzische poëzie is de ney verbonden met de ziel, omdat de adem van de speler altijd hoorbaar is. Maar ik gebruik ook graag ongewone kleuren om de luisteraars wakker te houden, om ze te laten twijfelen aan wat ze horen. Dus probeerde ik hetzelfde effect te vinden in andere instrumenten. Ik wil dat ze samen zingen, dat ze deze affiniteit delen ondanks hun verschillende geografische oorsprong.'

 

Adabnejad, die momenteel vanuit Maastricht werkt, voelt zich verbonden met 'verboden echo's'. 'Als praktiserend bahai kon ik in Iran niet de muzikale opleiding krijgen die ik wilde. Maar bovenal kan polarisatie in de wereld van vandaag ervoor zorgen dat mensen zich niet veilig voelen om hun gedachten te uiten. In die zin zijn klanken, of echo's, verboden. In mijn stuk wil ik daar iets tegenover stellen, een gemeenschappelijke basis creëren voor instrumenten met verschillende oorsprongen. Net zoals zij allemaal instrumenten zijn, zijn wij allemaal mensen.'